Historie
Uit historische beschrijvingen blijkt dat we minstens al sinds het jaar 897, waarschijnlijk onafgebroken een parochiegemeenschap hebben gevormd.
Een eerste schriftelijke vermelding van een kerkgemeenschap in Herwen stamt uit het jaar 897.Hierin lezen wij dat de curtis Harawa bestond uit een kerk toegewijd aan St.-Jan de Doper, aanvankelijk was dit een houten kerkje, in de elfde eeuw is deze vervangen door een natuurstenen kerk in de Romaanse stijl. Verder was er een herenhof, een molen en er stonden zestig boerderijen. Het dorp Herwen lag tot 1764 op een andere plaats dan het huidige Herwen, namelijk daar waar nu het watersportcentrum “De Bijland” is. Uit de middeleeuwen zijn slechts weinige en meest losse gegevens tot ons gekomen, hoofdzakelijk aantekeningen uit het middeleeuwse Herwens missaal dat bewaard is gebleven (Atheneum bibliotheek Deventer). Uit de vijftiende eeuw zijn ook nog twee eikenhouten Mariabeelden uit de voormalige kerk van Herwen bewaard gebleven. Deze beelden staan in het Aartsbisschoppelijk Museum te Utrecht.
Kerkbuurt van het oude Herwen in 1742. Tekening Jan de Beyer
Over het dorp Aerdt in de oudheid en de middeleeuwen zijn geen geschreven documenten bewaard gebleven. Uit latere overleveringen kan toch geconcludeerd worden dat ook Aerdt een nederzetting is geweest rondom een versterkt huis. De kerk in Aerdt was in de middeleeuwen toegewijd aan de heilige Helena. De parochiekerk van de heilige Helena heeft daar dienst gedaan tot de Reformatie en de parochie Aerdt omvatte toen Aerdt, een groot deel van Herwen, o.a. de Ossenwaard, en Tolkamer.
Tijdens de Reformatie rond het jaar 1600 werd de uitoefening van de katholieke godsdienst verboden. De kerken kwamen in protestantse handen. De overgrote meerderheid van de bevolking bleef de katholieke kerk trouw. Godsdienstige bijeenkomsten werden in het geheim gehouden in het huis “De Boswaay” te Herwen, in de boerderij van Lemm te Aerdt en ook op Huis Aerdt. Daar de meeste mensen uit Aerdt en Herwen de kerkgelegenheid op het Huis Aerdt geschikter vonden gingen zij “ter kerke” bij de heer van Huis Aerdt en zo zijn de twee plaatsen samengevoegd tot één statie. Ook Tolkamer maakte daar toen deel van uit. Priesters waren noodgedwongen in Huis Aerdt gehuisvest, maar omdat deze huisvesting niet als ideaal werd ervaren, is in 1744 een pastorie gebouwd op “het hoogste en bequaamste (stuk bouwgrond) van den Ceurbeek” te Herwen. In het jaar 1819 werd er naast deze pastorie een nieuwe “Waterstaatskerk” gebouwd.
In 1856 werd op de plaats van de pastorie van 1744 een nieuwe pastorie gebouwd. (In 1988 is deze pastorie vervangen door het huidige parochiecentrum). In 1893 besloot pastoor Gommich dat het tijd werd de oude kerk van 1819 te vervangen. Het muurwerk was vochtig en begon slecht te worden. Bovendien werd het gebouw te klein.
De oude kerk te Aerdt in 1741.
Tekening Jan de Beyer
Door middel van de Martinuscollecte , waarvoor iedere week drieëntwintig collectrices op stap gingen, kwam met dubbeltjes en kwartjes het benodigde geld binnen. Er waren gelukkig ook schenkingen van 1000,- 5000,- en 10.000,- gulden. Zo kon in 1904 de aanbesteding van de kerk plaatsvinden. Architect Tepe uit Utrecht ontwierp de huidige neogotische kerk. Op 2 mei 1905 werd de kerk door Monseigneur van de Wetering, aartsbisschop van Utrecht, plechtig geconsacreerd.
Door de jaren heen is de oorspronkelijke architectuur en de (religieuze) vormgeving van het interieur zeer goed bewaard gebleven. Rond de eeuwwisseling naar het jaar 2000 is het kerkgebouw met haar interieur daarom, in opdracht van de Rijksdienst voor monumentenzorg, de signatuur ‘Rijksmonument’ gegeven.
Voormalige kerk te Herwen.
Gebouwd op initiatief van baron Godefridus van Hugenpoth in 1819.
Gesloopt in 1904.